Belgische verzekeraar veroordeeld wegens discriminatie in verband met dekking geestelijke gezondheid

Een Belgische arbeidsrechtbank heeft geoordeeld dat het onderscheid dat verzekeraars maken tussen psychische stoornissen en lichamelijk letsel, en de daaruit voortvloeiende uitbetalingen, discriminerend zijn.

Rechters van een Mechelse arbeidsrechtbank deden de uitspraak op basis van een zaak van een vrouw die aan depressies leed en een collectieve arbeidsongeschiktheidsverzekering had.

De polis voorzag in een vergoeding van ten hoogste twee jaar voor geestes- en persoonlijkheidsstoornissen, wat korter was dan het geval was voor een lichamelijke ziekte of verwonding.

In een bericht in de Belgische krant De Standaard oordeelden de rechters dat dit een discriminerend onderscheid is op grond van de gezondheidstoestand.

Zoals De Standaard uitlegt, maakt deze zaak niet alle soortgelijke bedingen onwettig, maar schept ze wel een precedent en vergroot ze de kans dat waar het gaat om uitbetaling door de verzekering, geestelijke gezondheidsproblemen op dezelfde manier zullen worden behandeld als lichamelijke letsels.

Momenteel is er een aantal ongelijkheden in de manier waarop gevallen van geestelijke gezondheid door verzekeraars worden behandeld. Sommige polissen sluiten gevallen als stress of burn-out uit of vragen anders een extra premie, bouwen een langere wachttijd in of eisen extra handelingen zoals het verkrijgen van een attest van een psychiater.

In sommige opzichten weerspiegelt het debat de ontwikkeling van bedrijfsschadeverzekeringen waar het gaat om fysieke en niet-fysieke schade. En net zoals de gevallen waarbij het gaat om in cyberspace bewaarde gegevens zijn toegenomen, is ook de diagnose van geestelijke gezondheidsproblemen toegenomen.

In een rapport dat verzekeraar AXA in januari 2022 publiceerde, staat dat Covid-19 niet alleen op grote schaal schade heeft toegebracht aan de geestelijke gezondheid, maar ook heeft bijgedragen tot het afbreken van sommige oordelen over geestelijke gezondheid.

“Deze wereldwijd gedeelde ervaring heeft geholpen het stigma en taboe weg te nemen dat geestesziekten generatieslang verborgen heeft gehouden. Er wordt nu algemeen erkend dat over deze kwesties moet worden gesproken”, aldus AXA.

Hierdoor zouden bedrijven meer onder druk kunnen komen te staan om hun aansprakelijkheid voor geestesziekten onder hun werknemers te beperken en ervoor te zorgen dat eventuele ziektekostenverzekeringspolissen van bedrijven in overeenstemming zijn met niet-discriminerende praktijken.

AXA verklaarde ook dat de aanpak van de meeste bedrijven voor het bevorderen van de geestelijke gezondheid op het werk “op zijn best fragmentarisch” was.

De verzekeringssector heeft verklaard dat het onderscheid ontstaat omdat het moeilijk is om op basis van bestaande studies en statistieken een diagnose van geestelijke gezondheidsproblemen te stellen. De Standaard citeerde uitlatingen van Alexander Maes, advocaat bij Littler Mendelson.

“De diagnose is van oudsher gebaseerd op een zuiver medisch-wetenschappelijk model: als je het niet kunt zien, bestaat het niet”, aldus Maes.

“Maar onzichtbare stoornissen kunnen ook worden gediagnosticeerd met behulp van bepaalde methoden. Psychodiagnostisch onderzoek is ten minste gedeeltelijk gebaseerd op de subjectieve ervaring van de patiënt, maar door wetenschappelijke interpretatie kan het resultaat toch juridisch objectief genoemd worden”, voegde Maes eraan toe.

Psychiaters in België hebben erop aangedrongen dat het land hetzelfde verbod op ongelijke behandeling van geestes- en lichamelijke ziekten door verzekeraars invoert als in Nederland en de VS van kracht is. “De wetgever kon duidelijkheid verschaffen, maar dit vonnis bewijst eigenlijk dat een dergelijk onderscheid vandaag de dag al discriminerend kan zijn”, aldus Maes.

Back to top button